Koran Hoofdstuk alBakara

273. (O Moemins!) Geef (vooral) de prioriteit om de armen te helpen die omwille van Allah leven (strijd voeren) maar geen mogelijkheid hebben om te handelen (zaken te doen zoals bij velen van julile toepassing is). İemand (een vreemde) die hen niet kennen (niet weten wie het zijn), zullen (over deze arme moemins) denken, omdat zij wegens schaamte (eer) niet bedelen (niet om hulp vragen), dat zij rijk zijn. Maar jij zult ze wel aan hun gezicht herkennen (dat zij terughoudend zijn, schamen, sporen van armoede hebben). Zij vragen van niemand hulp (en vallen niemand lastig om geholpen te willen worden). Wees ervan bewust dat Allah alle elke hulp wat jullie doen weet (en zal de beloning meer en meer in ruil voor wat jullie uitgeven absoluut geven).

274. Diegenen die hun goederen (altijd, gelang de omstandigheden) dag en nacht, openbaar en in het geheim uitgeven (hulp bieden aan de armen, behoeftigen en alle soorten hulp doen puur om de tevredenheid van Allah te winnen) zullen bij hun Rab absoluut beloond worden. Bovendien zullen zij niet vrezen (voor het hiernamaalse helse betraf) en ook zal er absoluut geen sprake zijn van treurig worden (van wat zij op de wereld als moois achterlaten).

275. Diegenen (ieder, maakt niet uit welke geloofsovertuiging) die (door) rentenieren (vermogen op vermogen opbouwen en deze legaal accepteren en alsof het niet genoeg is ook anderen aanmoedigen in plaats van omwille van Allah uit te geven) gedragen zich (wegens winst hebzuchtige houding) alsof zij door de satan zijn gestoten (bezeten, gek geworden zijn, zo gek dat zij alleen maar aan geld, roem en rijkdom denken op deze wereld, geen nodige maatregelen treffen voor het hiernamaals leven, hetgeen resulteert naar de hel zoals satan dat wilt). Want zij zeggen “ (Wat maakt het uit!) Of het nou handel is of rentenieren, beiden zijn handel (en dus winstgevend, en op deze wijze maken zij de rente voor zichzelf geoorloofd)!”Terwijl Allah de handel geoorloofd accepteerd en rente verbiedt. Voortaan, aan wie de bevel (waarschuwing over rentenieren) van zij Rab (Allah) heeft bereikt en die (geeft gehoor aan de bevel en) stopt met rentenieren, dan mag hij de winst dat in het verleden is gemaakt behouden. De beloning wegens zijn gedane berouw (spijt gehad over rentenieren) behoort tot Allah. (Maar) Ieder die niet stopt (niets van de waarschuwing aantrekt) maar toch doorgaat met rentenieren zullen in de vuur voor altijd (in de hel) verbijven.

276. Allah zal de rentenieren (gewonnen winsten) vernietigen (en uiteindelijk niets van overvloedigheid achterlaten), maar de uitgaven (dat gedaan worden zoals aalmoezen geven, armen, behoeftigen en allerlei soorten hulp bieden, laat Hij) leiden tot overvloedigheid (waardoor de winsten, vermogen en bezittingen meervermeerderen). (Want de volkeren die renternieren, komen veelal eigenbelang, alleen maar aan geld denken en egoisme voor. Classificatie conflicten, anarchie en sociale depressies, crissisen komen te boven. Maar bij volkeren die zonder tegenprestatie helpen en goedheden verspreiden, heerst emotie als broederschap, behulpzaamheid en elkaar steun bieden zonder iets voor terug te vragen. Welvaart en rijkheid verspreidt zich in elk gebied van het volk. Daarom, de uitgaven dat aan armen en behoeftigen worden gedaan resulteert naar de paradijs, door rentenieren gewonnen winst naar de hel.

(Besef daarom goed) Allah houdt niet van diegenen die vastberaden (nergens wat van aantrekken en) blijven zondigen (door de rente te legaliseren, terwijl al datgene wat de mens in zijn bezit heeft in werkelijkheid van Rab Allah is, daarom dient de mens zich geheel tot Allah te onderwerpen en Zijn bevelen op te volgen).

277. Diegenen die innig geloven (in Allah en in het hiernamaals) en gepaste goede daden verrichten (wat bij een moemin past), de salat (bewust en innig) doen en aalmoezen geven (over de geoorloofd gewonnen winst) zullen bij hun Rab (Allah) ongetwijfeld groot beloont worden. Bovendien zullen zij niet vrezen (betreffende bestraffing in het hiernamaals) en ook zal er geen spraken zijn van treurigheid (over de mooie achtergelaten dingen op de wereld).

278. O moemins! Vrees voor Allah en behoedt je (om slechte dingen te doen). Aangezien jullie werkelijk moemins zijn, verlaat de tegoeden (die jullie) door rentenieren (nu nog de tegoed hebben van anderen dat in het verleden is gedaan, neem deze niet meer aan, behalve de oorspronkelijke bedrag zonder rente, deze is jullie recht en mogen jullie wel hebben).

279.  Wanneer jullie dit (bevel om met rentenieren te stoppen) niet doen (rente systeem en de bestuurders van de rente niet verlaten) dan dienen jullie goed te weten dat door Allah en Zijn Profeeter oorlog (ultimatum) tegen jullie wordt verklaard (oftewel, wees ervan bewust, door het negeren van dit bevel komt erop neer dat jullie tegen Allah en Zijn Profeet oorlog hebben verklaard). Wanneer jullie berouw doen (en de rentenieren verlaten) dan is de oorspronkelijke geld (zonder rente) van jullie. Op deze wijze zullen jullie anderen niet onrecht gedaan hebben (door andermans goederen en of geld aan te nemen) en ook niet door anderen (die van jullie goederen nemen) onrecht ondervinden (dit is de basis principe). (Want zowel de despoot en als diegene de despotisme toelaat zijn beiden schuldig!)

280. Wanneer de schuldenaar (aan wie jullie geld hebben gegeven, financieel) moeilijk heeft (en niet in staat is om het schuld te betalen) geef hem tijd totdat die het wel goed heeft. (Bovendien) Als jullie (kunnen begrijpen hoe groot beloning en oprechtheid is wanneer jullie) dat (schuld) als gift schenken (zonder terug te vragen van de schuldenaar) is dat een grote goedheid voor jullie (als een investering voor het hiernamaals leven, want investering voor het hiernamaals is voor altijd en beter dan een tijdelijke wereld).

281. Wanneer jullie bij Allah verschijnen om verantwoording af te leggen, bereidt je nu al voor in het hiernamaals (om daar niet schandelijk te worden). Want op die (moeilijk) dag (in het hiernamaals) zal aan iedereen in ruil voor wat die heeft gedaan (destijds op de aarde) volledig gegeven worden en niemands zal onrecht aangedaan worden (iedereen zal krijgen wat die verdient, Allah dienenden voor altijd in de paradijs wat is dit een prachtige, zalige verblijfplaats, zijn ego dienenden voor altijd in de angsaanjagende vurige hel, wat is dat een verschrikkelijke verblijfplaats!).

282. O Moemins (innig uit harg gelovigen) Wanneer jullie elkaar voor een bepaalde tijd lenen (door handelen te drijven of om welke reden dan ook) schrijf dit op (als een overeenkomst, met getuigen of notaris). Laat dit (overeenkomst) op een juiste manier schrijven door iemand van jullie die alfabeet is (goed schrijft). De ambtenaar (administratief medewerkeer) dient dit juist te doen zoals Allah hem geleerd heeft (zonder fouten en op een rechtvaardige wijze, zonder iets toe te voegen of met opzet dingen weg te laten). Zo is het, de ambtenaar dient dit (overeenkomst) absoluut correct vast te leggen; de schuldenaar dient ook zijn schuld (geleende geld) te laten schrijven (vast te leggen middels een getuige, notaris, ambtenaar). Van ander kant dient de schuldenaar van Allah te vrezen en de lening zonder vermindering (de werkelijke waarde, geld) te laten schrijven (en niets van de lening aftrekken). Wanneer er sprake is van weinig begrijpen, zwakke verstand (of die begrijpt de inhoud niet, of door ouderdom, ziekte of andere oorzaken) van diegene die leent en niet in staat is om (de overeenkomst) te laten schrijven dan dient in dit geval zijn ouder (curator, of iemand die over zijn zaken bezig houdt) dit (overeenkomst) te laten schrijven. Houdt tijdens schrijven twee mannen als getuigen bij. Wanneer twee mannenlijke getuigen niet te vinden is, dan dienen jullie een man en twee vrouwen als getuigen te nemen waarvan jullie zeker van zijn dat zij oprecht, eerlijk zijn (niet liegen en door iedereen als goed worden beschouwd), zodat wanneer de ene vrouw vergeet en niet meer herinnert waar die voor het getuigd heeft de andere haar herinnert. Diegenen die geroepen worden om te getuigen (om wegens onenigheid, conflict tussen de beide partijen te getuigen bij een rechtbank) dienen zij (de getuigen) niet weg te lopen (om deze verplichting na te komen, en eenmaal bij verschijning dienen zij alleen de waarheid te zeggen). Of het nou veel of weinig is, bij allerlei soorten leningen (schulden) dient zonder luiigheid de duur (en de hoogte van de lening) opgeschreven (vast gelegd) te worden (zodat later niemand zijn lening niet ontkend en geen misbruik van maakt en op deze wijze niemand gedupeerd wordt). Dit (deze methode betreffende lening) is bij Allah de aannemelijke, en betreffende getuigen de beste en betreffende lening (schuld) de beste (aannemelijke, logische) weg om de twijfels te vermijden (zodat iedereen weet waar die aan toe is).

Wat betreft handelen met contant, dit hoeft niet vastgelegd te worden. Maar wanneer jullie te maken hebben met zulke boodschappen (contant handelen) dan is toch beter (verstandig) om toch getuige te nemen (voor alle zekerheid om eventuele misvertanden te voorkomen). İn dit geval (bij het maken van een overeenkomst tussen de lener en begunstiger) dient zowel de schrijver en de getuige geen schade te geven (aan de lener en de begunstigde).

Wanneer ambtenaar en de getuige zijnde toch zoiets doen (zoals de abtenaar bewust fout opschrijft of als getuige leugens zegt) dan is dat in opstand komen tegen de bevelen van Allah. Vrees voor Allah (om niet ongehoorzaam te gedragen en bescherm je tegen de hel door oprecht en eerlijk te zijn tegen elkaar, want Allah hoort en ziet alles!). Zo legt Allah voor jullie alles één voor één uit (betreffende lening en schuldenaar waar zij op moeten letten); omdat Allah over alle dingen absoluut alles weet (met Zijn eindeloze kennis).

282. Volgens de bepaling, wet in deze verz betreffende twee vrouwen zijn gelijk aan een man, is niet omdat de vrouwen meer vergeetachtig of veel emotioneel karakter bezitten dan de mannen. Dat speelt misschien ook wel een rol, maar als wij kijken tijdens de neerdaling van de Koran, hadden de vrouwen -uitzonderingen zijn er altijd zoals Hatidje de partner van Muhammed- niet of nauwelijks kennis van handelen (handelsreiziger, kopen en inkopen, dus niet de nodige geen kennis hoe handel in elkaar zit). Ook kan de Arabische volksmentaliteit dat zij over de vrouwen hebben een rol spelen.

283. (O Moemins!) Wanneer er sprake is van een reis en geen schrijver (ambtenaar) te vinden is (om de koop en inkoop vast te leggen), dan is in bewaring stelling (van schuldenaar, om iets te nemen dat later in geld of goederen omgeruild kan worden als het nodig) voldoende. Maar als jullie elkaar vertrouwen en de persoon (aan wie geld wordt gegeven) te vertrouwen is, dan dient die zijn schuld correct te betalen (wat past bij een vertrouwelijke persoon). (Van andere kant) De begunstigde dient die dingen terug te geven wat in bewaring was gesteld (van de schuldenaar) en zowel de schuldenaar als de begunstigde persoon dienen voor zijn Rab Allah te vrezen (om ongehoorzame, slechte dingen te doen). 

Houdt (bij lening, koop en inkoop en bij alle andere onderwerpen) waarvan je getuigen bent geweest niet geheim (en zeg altijd de waarheid van wat je gezien, gehoord hebt). De persoon begaat (als er sprake is van zulke geval) een grote zonde omdat die de waarheid ziet maar toch verbergt. (Vergeet niet!) Allah weet (ziet en hoort) over alles wat jullie doen.

284. Alles wat in de hemelen en wat op de aarde bevindt is van Allah. Allah zal jullie ter verantwoording roepen (berechten) over dingen die jullie zowel openbaar vertellen en als wat (in) jullie (gedachte afspeelt, welke bedoelingen jullie) geheim houden. (Tegelijkertijd) Allah vergeeft wie Hij wenst te vergeven (omdat die zonder opzet verkeerd heeft gedacht en geen slechte bedoelingen had) en bestraft (diegene die dat verdient omdat desbetreffende persoon met opzet slechte bedoelingen heeft, met schijnheiligheid gemene plannen heeft en maakt). Want (vergeet niet) Allah is ongetwijfeld (grenzeloos) machtig over alles (om te doen wat Hij wenst te willen doen).

285. De Profeet gelooft alles (zonder enige twijfel) innig uit hart wat door zijn Rab aan hem is neergedaald. Ook de moemins geloven innig uit hart. (Zelfs nog meer dan dat) Alle moemins (onderwerpen zich innig uit hart en) geloven in Allah (dat Hij met al Zijn eigenschappen één is en geen deelgenoten heeft), in Zijn engelen, in boeken (met verzen van Allah erin) en in Zijn (alle voorgaande) profeten. Zeggende: “Wij maken geen enkel onderscheid over de (verzonden, gekozen) profeten (die allemaal dezelfde boodschap, de Islam uitnodigden) van Allah en doen gebed (tot Allah): ” O onze (enige Eigenaar) Rab! Wij hebben uw uitnodiging (door Uw Profeet Muhammed) gehoord en meteen (met alle onderdanigheid) volgen wij (Uw uitnodiging en zullen alleen U dienen en Uw Profeet als voorbeeld nemen). Onze Rab! Wij schuilen tot Uw vergiffenis; uiteindelijk is onze eindbestemming bij U, vergeef ons (alsjeblieft over de eventuele fouten dat wij zonder opzet, zonder slechte bedoeling kunnen maken, wij vrezen om iets verkeerd te doen en doen ons uiterste best om U te dienen, onze Rab, help ons hierbij!).”

286. Allah laat niemand last dragen dan dat ie kan (geeft alleen last, verantwoordelijkheid dat wel te verdragen is). Ieders gedane goedheid (door de Islam correct na te leven) is ten gunste voor zichzelf (en zal beloond worden uiteindelijk om voor altijd in de paradijs te verblijven), ieders gedane slechtheid (zonden) is ten verlies (schadelijk) voor zichzelf (en zal voor altijd uiteindelijk in hel verblijven). O Onze Rab (Allah)! Stel ons niet verantwoordelijk wanneer wij verkeerde dingen doen door vergeetachtig te zijn of door vergissing (zonder opzet, zonder slechte bedoelingen) hebben gedaan. O Onze Rab! Laat ons geen zware last (verantwoordelijkheden, taken) dragen zoals de voorgaanden (volkeren zoals joden) dat wel droegen. O onze Rab! (Stel ons niet verantwoordelijk) Laat ons geen zware dingen (taken) dragen waarvan wij dat niet kunnen. Gun Uw goedheid aan ons; vergeef onze (onopzettelijke gedane) fouten en gebrekkigheden, wees genadevol voor ons. U bent onze helper (onze Baas, Heer, Eigenaar). Help (en Gun) ons (overwinning) tegenover een gemeenschap (volkeren, mensen) die de waarheid loochenen (geheel of gedeeltelijk bedekken, ontkennen)! (Amen!)