Koran Hoofdstuk alBakara

266. (O Moemins! Denk er eens over na) Eén persoon heeft een tuin (weiland) waarin wateren stromen dat dadel en verschillende producten afgeeft; maar de eigenaar van die tuin heeft een hoog bereikte leeftijd, kinderen zijn bovendien zwak (en hebben een verzorging nodig). Zou deze persoon willen dat zijn tuin getroffen wordt door een orkaan dat flitsende bliksem afgeeft (en de tuin volledig vernield en niets achterlaat)? (Natuurlijk zou dit niemand willen!) Zo legt Allah zijn verzen uit met voorbeelden zodat jullie goed erover nadenken en de nodige lessen uithalen (door je nu te voorbereiden voor het hiernamaals).

(Want niemand kan garanderen wat hem morgen te wachten staat, ondanks dat die op de wereld veel dingen heeft bereikt zoals vermogen en bezittingen, rijkdom, positie enzovoort. Elk moment kan er wat gebeuren. Vele regeringen, staten, landen en hun volkeren kunnen te maken krijgen met onverwachte diverse rampen, rijken worden armer, oorlogen en het veranderen van landen en hun besturingen. Terwijl de mensen hiervoor mooie vele gedachten had over zijn toekomst, plannen en wensen. Het leven is erg kort. Daarom is de enige geruststellende hoop, vertrouwen hebben in Allah en Hem op alle vlakken in het leven als de enige God accepteren dat gediend moet worden, doe dit vandaag voordat het laat wordt.)

267.O Moemins! Geef uit (aan de behoeftigen omwille van Allah) zowel van jullie verdiensten (door handelen verkregen winst) als grondstoffen die goed (en waardig) zijn wat aan jullie is gegund. Let op en geef geen slechte (onwaardige, goedkope) dingen uit (aan de behoeftigen) die jullie zelf blindelings ook niet zou willen hebben (omdat jullie dat waardeloos, goedkoop vinden). (Besef wel) Allah heeft nergens behoefte aan (en ook jullie goedheid heeft Hij niet nodig, jullie hebben behoefte aan dit, want dit doen jullie voor je eigen bestwil, om aan te tonen dat je volwaardig moemins zijn). Hij verdient altijd aanprezen te worden. (Daarom, laat de satan je niet afleiden door de gunsten dat Allah geeft niet met anderen te delen, of slechte dingen te geven wat jullie zelf ook niet willen hebben)

268. (O Moemins! Blijf alert!) De satan geeft jullie angst dat jullie arm zullen worden wanneer jullie (omwille van Allah aan de behoeftigen) willen uitgeven en op deze wijze moedigt die (satanische eigenschappen bezitters) jullie aan om slechte en lelijke dingen te doen (zoals gierigheid, maar van andere kant aanmoedigt de satan jullie om volgens wil en lusten leven te leiden, volop aardse begeertes te bemachtigen, hetgeen een opstandig gedrag betekent bij Allah).Terwijl Allah jullie belooft om vergiffenis en overvloed aan gunsten te geven (wegens door jullie gemaakte goedheden en gulheden). Allah is ongetwijfeld grenzeloos gunst bezittende (Hij bezit grenzeloze mogelijkheden met Zijn grenzeloze Kennis); Hij weet alles precies.

269. Allah geeft uitgebreide kennis en wijsheid (zoals de ware waarheid kunnen zien, bekwaamheid om juiste beslissingen kunnen nemen en om juiste daden te verrichten, met andere woorden, innig uit hart omwille van Allah uitgeven bewustwording) aan wie Hij wenst te geven (zolang zij strijd voeren omwille van Allah). Aan wie de uitgebreide kennis en wijsheid is gegeven, betekent dat aan die een grote (innerlijke) vermogen (goedheid) gegeven is. Maar helaas kunnen deze voorbeelden alleen diegenen die hun gezond verstand (zonder vooroordeel) gebruiken, begrijpen (om de nodige lessen adviezen uit te halen).

270. (O Moemins!) Allah weet absoluut wat jullie uitgeven, wat jullie ook opofferen (en zullen jullie inruil voor wat jullie gedaan hebben van Hem terug krijgen). (Vergeet niet!) De despoten (ontkenners, schijnheiligen, die niet volgens de doel van de schepping leven, niets omwille van Allah uitgeven, brengen zichzelf maar ook de volk schade toe, daarom) zullen (dezen) absoluut niemand vinden om geholpen (en beschermd) te worden (tijdens de bestraffing in het hiernamaals).  (Steun dezen op deze wereld ook niet op welke wijze dan ook.)

271. Openlijk (uitgeven) hulp bieden (zoals aalmoezen en andere vormen van hulp, uiteraard zonder schijnheiligheid) is mooi, maar (tegelijkertijd) in het geheim hulp bieden aan armen (en behoeftigen) brengt veel meer goedheid voor jullie (want dan voelen zij zich niet gekwetst en brengt hun eer geen schade toe). Want wegens deze gevoeligheid (eervolle houding van jullie) zal Allah sommige (fouten en) zonden van jullie vergeven. (Vergeet niet) Allah is alwetend (Hij is met Zijn grenzeloze kennis van alles op de hoogte) over alles wat jullie (zowel in het openbaar als in het geheim) doen (en met welke achterliggende gedachte jullie hulp bieden). (Want Allah leidt ons naar de juiste pad en wenst dat wij een relatie met mensen opbouwen zonder hun te kwetsen, met respect gedragen, de eer niet beschadigen.)

272. (O Profeet!) (Belemmer moemins niet wanneer zij hun moesjriek en ontkenner familie financieel willen helpen) Want jouw taak is niet om hen te dwingen om te geloven (laat staan dat, ook al wil je dit, dan nog zal je je doel niet kunnen bereiken). Want alleen Allah kan wanneer die (persoon) wilt naar de juiste pad leiden (doorzijn best gedaan te hebben om de waarheid te vinden).

(O Moemins!) Alles wat jullie (omwille van Allah) uitgeven is voor jullie eigen bestwil. Daarom, bied hulp aan puur om de tevredenheid van Allah te winnen. (De beloning van) Elk gedane hulp met deze (nette) bedoeling (wat bij jullie past) zal (door Allah) aan jullie zonder tekortkoming (met veel meer beloning terug) gegeven worden en zullen jullie absoluut geen onrecht aangedaan worden.