193. Ga zolang door met strijd voeren (tegen onderdrukking, despotisme, ontkenning, onrust zaaiers, tegen de schijnheiligheid) totdat de geaccepteerde levensbeschouwing (Islam, de wetten, bepalingen) van Allah voltooid is (als gevolg hierdoor de mensen alleen Allah als de ware God, de enige Koning, de enige Bestuurder gaan dienen in plaats van de verzonnen valse zelf gecreëerde goden te dienen, totdat niemand overblijft om mensen wegens hun levensbeschouwing te bestraffen dan Allah, uiteindelijk de vrijheid ontstaat waarbij mensen wegens hun geloof alleen Allah verantwoordelijk gaan afleggen als dienaar zijnde, immers Allah is de Eigenaar van ALLES). Wanneer zij (onderdrukking, onrechtvaardigheid, despotisme, vijandigheid, onheil) verlaten (of stoppen met oorlog, strijd voeren tegen de mensen wegens hun levensbeschouwing, geloof, dan dienen jullie op geen enkele wijze aan te vallen en) dan zal alle vijandigheid beëindigd worden, behalve tegen de despoten (want vergeet niet dat vijandigheid alleen tegen de agressiviteit, tegen de despotisme van toepassing is). (In dit geval maakt het absoluut niet uit van WIE de despotisme komt, elke vorm van despotisme wordt beschouwd als in opstand komen tegen de Schepper Allah en zal absoluut door Eigenaar Allah in het hiernamaals voor altijd bestraft worden.)
194. De respect voor de verboden (eerste, zevende, elfde en twaalfde) maanden en in deze maanden geldende niet aanvalsregeling (vrede) moet wederzijds zijn. In dit geval, wie in deze maanden jullie aanvallen (door geen respect tonen en dus de regeling niet naleven,) geef dan op dezelfde wijze reactie terug (door ook aan te vallen, oorlog te voeren). (Tegelijkertijd in welke maand de aanval dan ook plaats vindt door de vijand dan dient reactie hierop gedaan te worden, maar wanneer respect getoond wordt op welke maand dan ook en zich aan de oorlogsverbod houdt, dan dienen jullie ook die maand te respecteren en oorlogsverbod na te komen). (Maar) Vrees voor Allah (om niet opstandig te zijn, grensoverschrijdend gedrag tijdens oorlog vertonen, onrecht te doen tegen de tegenpartij in welke vorm dan ook), want besef goed, Allah is samen met takva bezitters (die zich behoeden, beschermen om ongehoorzaam, slecht gedrag te vertonen tegenover Allah).
195. (O moemins!) Geef uit voor Allah (van je vermogen en bezittingen, geld, voor alles wat te maken heeft met de Islam). (Wees alert) Breng jezelf met eigen handen niet in gevaar (door gierig te doen door niet of weinig uit te geven terwijl je nog meer kunt uitgeven). Wees zuiver oprecht (en voer de bevelen, geboden, verboden van Allah uit zoals Hij dat verwacht). Want ongetwijfeld houdt Allah van diegenen die met oprecht goeds doen (met zuiver, innig uit hart aan Allah onderwerpen en een goede voorbeeld zijn voor de omgeving met je levensbeschouwing, met je Islamitische leefstijl op alle vlakken in het leven).
196. (O Moemins!) Voer de Hadj en Umra (op een juiste aanbiddingswijze) voor Allah uit (zoals Allah dat verwacht). Wanneer jullie belemmert (verhinderd) worden (door vijanden, gevaar, ziektes…) doe dan offerslacht wat jullie financieel mogelijk is. Scheer je hoofd niet (en ga niet uit Ihram, witte kledij puur bestemd voor Hadj of Umra) zolang de offer nog niet is aangekomen (bij de plek waar het geslacht gaat worden). (Maar) Wie van jullie ziek is of hoofd klachten heeft (en daarom gedwongen wordt eerder de hoofd te schoren) dan dient die vrij te kopen (losgeld te geven) door (drie dagen) te vasten of (geld) voor een goede doel uitgeven (waarvan zes armen op een dag gevoed kunnen worden) of een slachtoffer te doen (door een schaap te slachten, dat is voldoende).
Maar zodra het mogelijk wordt om veilig Hadj en Umra te doen (een veilige situatie zonder belemmeringen en al ontstaat) dan dient diegene die vóór Hadj Umra doet, een slachtoffer te doen (een dier te slachten) wat voor hem gemakkelijk is (wat zijn financiële situatie het toelaat). Maar diegene die dat niet heeft (omdat de financiële situatie dat niet toelaat) dan dient die tijdens Hadj drie dagen, en bij terugkeer (naar huis, naar zijn eigen land) zeven dagen, totaal tien dagen te vasten. Deze beslissing (regel, wet, bepaling, oordeel) is geldig voor diegenen die buiten Mescidil Haram (Mekka) verblijven (wonen).
(O Moemins!) Vrees voor Allah en besef goed (dat als jullie deze geboden, bepalingen niet nakomen en ongehoorzaam worden) dat Allah’s straf erg heftig is.
197. Hadj wordt in bepaalde (bekende) maanden gedaan. Wie in deze maanden van plan is om Hadj te doen (met Ihram kleding aan) dient gemeenschap met zijn vrouw, slechte uitspraken en ruzie (onnodige heftige discussie) te vermijden. Allah weet al het goede wat jullie doen (en zal in ruil hiervoor jullie belonen).
(O Moemins! Wanneer jullie naar Hadj komen) Voorzie je eigen levensbehoefte (neem de nodige maatregelen om je te voeden, niet bedelen en zomaar om hulp vragen van anderen om gevoed te worden), (maar tegelijkertijd) besef goed dat Takwa de beste levensbehoefte is (zoals de maatregelen nemen om een goede volwaardige dienaar van Allah te zijn, uiterst gehoorzaam met volle verantwoordelijkheidsgevoel tegenover Allah; met andere woorden, Hadj is geen toeristische oord om volop te genieten). (In dit geval) O mensen met gezond verstand! Vrees alleen voor Mij (blijf verre van opstandigheid tegenover Mij en besef je verantwoordelijkheid door de geboden en verboden in acht te nemen zodat jullie jezelf behoeden van de heftige hel voor altijd in het hiernamaals! Want jullie niet )!
198. (O Moemins!) Het is geen probleem (tijdens Hadj seizoen om handel te drijven) om je van levensbehoefte te voorzien dat als gunst van jullie Rab is gegeven. Herinner (de Grootheid, Allemachtigheid, de Schepper) Allah wanneer jullie allemaal (als golven) vanuit Arafat (in Muzdaliefa, dat gelegen is tussen Mekka en Mina) naar beneden komen. (Vergeet niet en herinner!) Jullie waren eerder afgedwaald (van de juiste pad omdat jullie dezelfde geloofssysteem als jullie voorouders hadden maar) Allah heeft jullie de juiste pad laten zien (mooie dingen geleerd, herinner daarom Zijn gunst en Zijn Barmhartigheid door op een prachtige wijze dankbaarheid te tonen zoals Profeet Muhammed de Islam op een juiste wijze uitvoert, neem zijn voorbeeld aan want dan zullen jullie op deze wereld maar zeker in het hiernamaals met nog veel meer beloond worden).
199. (O Mekka Kurays en zijn bondgenoten! Zie jezelf niet als bevoorrecht aan en doe Hadj niet volgens jullie eigen wil! Jullie zijn net als alle anderen, wat voor anderen geldt, geldt ook voor jullie! Niemand is bevoorrecht wegens afkomst, status, positie, kleur, taal… Daarom, verlaat eerdere gewoontes betreffende Hadj rituelen!) Ga jullie ook met z’n allen net als andere mensen (als golven) naar beneden (vanuit Arafat) en doe berouw tot Allah om jullie zonden (te laten vergeven). Want Allah is erg vergiffenisvol en erg medelijdend (tegenover dienaren die innig uit hart berouw doen en niet meer terugkeren naar de afgedwaalde geloofssysteem).
200. Wanneer (Hadj rituelen) gebeden zijn voltooid, herinner Allah zoals jullie eerder (toen jullie tijdens de afgoderij) je voorouders (aanprijzend, complimenterend, opscheppend) ook herinnerden, maar (herinner Allah omdat jullie op de juiste pad zijn) dan nog meer en sterker (met nog meer wil en lust dan jullie je voorouders herinnerden).
Er zijn (tijdens Hadj) sommige die zeggen (gebed, smeekgebed doen tot Allah): “O onze Rab! Wat krijgen wij op deze wereld (maar vergeten het hiernamaals)!” Dezen zullen niets van de hiernamaals gunsten profiteren (enigste wat zij willen is de aardse gunsten dat van tijdelijke duur is! Zij zijn geen goede dienaren van Allah maar dienaren van wil en lusten dat hun alleen naar de afgrond leidt, zoals de satan dat wil!)
201. Er zijn ook (mensen met verantwoordelijkheidsgevoel) die zeggen (bidden en smeekgebed doen): “O onze Rab! Gun ons goedheid (mooiheid zoals innig uit hart gehoorzamen, geoorloofd verdiensten, kennis, gezondheid, goede kinderen, goede echtgenoot) op deze wereld en gun ons ook goedheid (en mooiheid) in het hiernamaals (zoals het winnen van de niet ophoudende prachtige paradijs leven) en bescherm ons van de vuur (in de hel).”
202. Dezen (die de doel van de schepping begrijpen en een leven leiden met deze verantwoordelijkheidsgevoel) zullen de werkelijke verdiensten (van de Hadj) krijgen (in ruil voor wat zij deden en met welke doel zij dit deden). (Want alle gedane Hadj rituelen voerden zij met bewustwording met alle verantwoordelijkheidsgevoel.) (Vergeet niet) Allah is snel met afrekening.
203. (O Moemins!) Herinner Allah (met speciale gebeden in Arafat, Muzdalifa en Mina) in bepaalde dagen (van slachtoffer feest). Wie (wegens haastigheid) binnen twee dagen terug willen keren (mag de satan stenigen in tweede en de derde dag van slachtofferfeest uitvoeren van Mina naar Mekka) dan plegen zij geen zonde, ook plegen diegenen die achter willen blijven (nog één dag extra in Mina willen doorbrengen) geen zonde. (Wees verstandig, behoed je tegen de hel en) Vrees voor Allah (blijf gevoelig en zuiver betreffende het uitvoeren van gebeden). (Want vergeet niet, vandaag of morgen, uiteindelijk) Iedereen zal bij Hem verschijnen (om verantwoording af te leggen, hier is geen ontkomen aan).
204. (O Profeet!) Er is tussen de mensen (in dit volk) zo’n iemand waarbij zijn woorden (ideeën) betreffende de wereld jouw aantrekt. Die kan ondanks zijn hart (vol zit met satanische ideeën en schijnheiligheid zelfs) Allah als de getuige roepen (zweren om Allah om jouw over te halen hoe gelovig en oprecht die is). Terwijl die (als je eens wist hoe) erg vijandig (die) is (met zijn mooie praatjes, demagogie).
205. (Want zulke typen mensen) Wanneer die terugkeert (nadat die met jouw, moemins gesproken heeft) zal die (wanneer de kans ervoor bestaat) proberen in het land (op de aarde) onrust, onheil zaaien, het gewas (oogst, het vermogen en bezittingen, economisch kant van de mensen) en de generaties (van de dieren die jullie bezitten, of familie, gezin wanorde toebrengen om te) willen vernietigen (en of plunderen, ruïneren). Allah houdt absoluut niet van (onrust zaaiers, ten onrechte andermans dingen in handen nemen) onheil verrichters.
206. Wanneer tegen die (schijnheilige) gezegd wordt ”Vrees voor Allah (en kom tot je zelf, verlaat zulke houding)” dan schuilt die (in plaats van de fout te accepteren en zich te corrigeren) in de onzinnige arrogantie en deze houding zal hem nog meer naar de zonde sleuren (en als gevolg hiervan nog meer van de waarheid afdwalen). De hel zal zijn verdiende loon geven. Wat is de hel toch een slechte verblijfplaats!