Koran Hoofdstuk alBakara

152. In dit geval, herinner Mij (Mijn bepalingen, wetten, en voer dit op een correcte wijze uit met een groot verantwoordelijkheidsgevoel tegenover Mij, zonder enige vorm van sjierk, zonder deelgenoten aan Mij toe te kennen) zodat Ik jullie herinner (door jullie te vergeven, goedheid te gunnen en te belonen en vergeet niet dat Allah alles ziet en hoort). Toon dankbaarheid aan Mij (wat aan jullie als gunsten zijn gegeven door innig uit hart te geloven en je volledig te onderwerpen); wees absoluut niet ondankbaar (zoals veel ontkenners dat doen, ondanks dat zij weten dat Allah de Schepper is, desondanks toch achter hun wil en begeertes aangaan en op deze wijze de ego of dingen vergoddelijken en daarmee wetten, bepalingen maken om de mensen te besturen alsof zij alles wat zij bezitten zelf geschapen hebben, terwijl Allah de enige Recht hebbende is om over de mensen bepalingen, wetten op te leggen, de dienaren te besturen, immers Hij is de Eigenaar van alles, inclusief de mensen).

153. O (innig uit hart gelovige) Moemins! Vraag hulp (en bescherming van Allah) samen met salat en biedt weerstand (tegen alle moeilijkheden die jullie tegenkomen, doe er alles aan om je ego niet te laten zondigen, te vergoddelijken). Want (vergeet niet) Allah is samen met diegenen die weerstand bieden (en kunnen verdragen) tegenover alle voorkomende problemen (en controle heeft over zijn ego, wil en lusten dat niet overeenkomt met de Islam afremt en alleen om Allah’s tevredenheid te winnen de Islam staande probeert te houden, koste wat kost, net als de eerwaardige Abraham dat ook deed, puur een leven leiden om alleen Allah te dienen, door mensen gedaan bepalingen, besturingen, wetten met hart en ziel verwerpen).

154. (O ontkenners,  schijnheiligen!) Zeg absoluut niet dood (“en weg zijn ze voor niets, hadden zij maar naar ons geluisterd, want anders waren zij net als ons in leven gebleven”) over diegenen die omwille van Allah (allerlei voorkomende problemen verdragen en weerstand bieden en uiteindelijk op deze weg) sterven. Integendeel, zij zijn levendig; maar dit kunnen jullie helaas niet begrijpen. (Want de gestorven moemins zijn niet voor niet gestorven, maar om de goddelijke bevelen uit te voeren en uiteindelijk de goddelijke beloning te verkrijgen, dit is de belofte van Allah aan moemins, en Allah houdt absoluut Zijn belofte).

154. “Zij zijn niet zomaar dood”. Zij zijn in de geestelijke betekenis verheven, en in de ogen van anderen een voorbeeldige persoon die koste wat kost, puur om de tevredenheid van Allah te winnen zijn gestorven, net als sommige profeten en Allah dienende personen die omgebracht zijn tijdens hun strijd tegen de sjierk systeem, hun doel waren een leven te leiden dat in overeenstemming is volgens het bestaan. Zij hebben een waardevolle, eervolle strijd aangegaan maar dit kunnen diegenen die vooroordeel hebben, ontkenners zijn en schijnheilig doen niet begrijpen, want zij hebben een doelloze leven, alles wat zij bezitten is deze wereld, zakken vullen en lol trappen en denken dat het bij doodgaan zal blijven, integendeel zij wacht een heftige bestraffing in de hel voor altijd. Daarentegen zullen diegenen die omwille van Allah gestorven zijn, in de zalige, prachtige paradijs voor altijd verblijven waar wateren stromen met talloze gunsten. Wie zijn hier voor niets dood gegaan? De doelloze ontkenners, schijnheiligen of de ware gelovigen die in werkelijkheid de waarde geven om Islam staande te houden en uiteindelijk de paradijs verdienen? Wie heeft winst behaald?

Echter wordt deze verz ook door de meeste moslims niet juist begrepen zoals het wel moet zijn. Dit komt mede door de manipulatieve methodes door sommige geestelijken leiders en bestuurders, volgens sommigen wordt iedereen die namens de overheid werken, ambtenaar, of een soldaat die tijdens zijn dienst in conflict komt en sterft met een buitenstaander of beter gezegd door de staat niet erkende groepen als terorist geaccepteerd wordt met dezen strijd aan gaan en als gevolg hierdoor sterven als “niet dood” beschouwd zoals bovenste verz. Terwijl de gestorven in de verz een streven hebben om Allah tevreden te houden, is de gestorven van een staat niet gestorven om de tevredenheid van Allah te winnen, integendeel, zij zijn gestorven wegens hun dienst dat bij hun taak behoort als ambtenaar zijnde, want dat land is geen Islamtische staat maar wordt bestuurd volgens de wil en lusten dat door de mensen zijn gemaakt, en niet volgens de wetten, bepalingen van Allah. Daarnaast, kan een moemin zoals bovenste verz vermeld in werkelijkheid ook individueel een strijd aangaan om de Islam staande te houden, zoals een gesprek aangaan, een boek schrijven of een conference geven en wanneer die tijdens deze strijd om het leven wordt gebracht of komt om het leven om welke oorzaak dan ook, dan geldt de bovenste verz dat Allah bepaalt “ zij zijn niet zomaar gestorven” maar alleen om de tevredenheid van Allah te winnen zijn zij gestorven. “Zij zijn in leven” moet niet beschouwd worden dat zij daadwerkelijk net als wij in leven zijn maar dat wij hen niet kunnen zien, zulke gedachte is in strijd met de Islam. Allen die omwille van Allah om het leven zijn gekomen leven in onze harten. Natuurlijk zijn er wezens die wij met blote ogen niet kunnen zien maar dit staat los van het onderwerp.

155. Werkelijk zullen Wij jullie beproeven soms met angst (door vijanden aangevallen en gedood te worden, natuurlijke en sociale rampen,) met hongersnood (door droogte,) met het door jullie opgebouwde vermogen en bezittingen (af te nemen, te verminderen), alsmede ook verlies te laten leiden met jullie levens (door ernstige ziektes te geven) en (met allerlei) producten.

(O Profeet!) Geef (de ophoudende paradijs in het hiernamaals als) het goede nieuws aan diegenen die (tegen al deze) weerstand bieden (wanneer zij hiermee te maken krijgen, en ondanks na al deze grote problemen op geen enkele wijze opstandig gedrag vertonen tegen hun Rab Allah).

156. Wanneer zij te maken krijgen met (welke) problemen (dan ook) zeggen zij: “Wij zijn er absoluut voor Allah (en wij en alles wat wij hebben behoren aan Hem en wanneer Hij wenst kan Hij alles terugnemen, immers, Hij is de Eigenaar van alles en daarom zullen wij als dienaren op geen enkele wijze opstandig gedrag vertonen op deze wereld, wij zijn daarom om alleen Hem te dienen en alleen Zijn tevredenheid te winnen, koste wat kost). Natuurlijk (beseffen wij ons bestaan en) zullen wij ongetwijfeld naar Hem terugkeren (na onze dood).”

157. En hun Rab zal dezen allerlei steun bieden, medelijden en barmhartigheid tonen. Zij bevinden zich absoluut op de juiste pad (en zullen ongetwijfeld de gelukkigen worden op deze wereld en in het hiernamaals).

158. (O moemins! Vergeet niet! Hoewel deze twee) Safa en Merve heuvels (nog voor de Islamitische periode de plekken waren van afgodsstandbeelden Isaf en Naile) zijn (desondanks nog steeds) voor Allah waardevolle symbolische betekenis (geschonken aan de moemins om lering uit te halen). Daarom (twijfel voortaan niet meer wanneer jullie tussen deze twee heuvels willen lopen want de afgodsstandbeelden zijn verwijderd en jullie lopen hier naar toe met de bedoeling om Allah tevreden te stellen, daarom) is het geen enkel probleem wanneer iemand Hadj of Umre wilt doen om de Kaba heen, ook geen probleem zal zijn om tussen deze twee (heuvels) op en neer te rennen (om lering uit te trekken over de geleverde strijd van Hadjer om wat voedsel of water voor haar zoontje Ismael te kunnen vinden op een verafgelegen droge, hete woestijn achter gelaten door Abraham, de echtgenoot van Hadjer en de vader van Ismael, terwijl op deze plek niets te vinden was, maar Allah heeft met Zijn eindeloze gulheid hun water gegund dat tegenwoordig zamzam water heet en nooit ophoudt water te geven).