Waarom de Vloek van Allah tegen de joden (Israëlieten)

91. (Wegens zulke ondankbaar en opstandige, grensoverschrijdende houdingen, wegens het niet nakomen van de wetten en of het misbruik maken van het verbond en daarmee de goddelijke boodschappen niet konden begrijpen, hadden de zonen van Israël als gevolg hierdoor in het verleden meerdere malen te maken gehad met vernederingen, armoede, verslagingen, slavernij, op de vlucht lopen, leven doorbrengen in kampen, en onder zwaar druk gezet worden met belastingen en) Op deze wijze werden zij bestraft door Allah. Al deze kwam omdat zij tegenover zoveel gegeven gunsten met ondankbaarheid reageerden (door Zijn boodschappen aanhoudend bleven ontkennen) en ten onrechte Profeten doodden (zonder enige bewijs). (Kortom) Al deze overkwamen (als gevolg als verdiende loon) omdat zij opstandig gedroegen (tegenover Allah) en aanhoudend grensoverschrijdend bleven gedragen tegenover de waarheid. 62. (Vanaf voortaan geldt voor) Ieder moemin (of beweert moslim te zijn), (of) ieder (die zich) jood (noemt), (of) ieder (die zich) christen (noemt) of een ander gelovige (Sabii) (er wordt absoluut geen enkel onderscheid gemaakt welke levensbeschouwing of geloof zij hebben of van welke nageslacht zij van komen, want niemand is bevoorrecht): (de voorwaarde is en) geldt: wie (voortaan met de neerdaling van Koran en het accepteren van de laatste profeet) innig uit hart in Allah (en in het hiernamaals) gelooft en een oprechte (gepaste Koranische, Islamitische) leven doorbrengt (gezuiverd van zonden en Allah centraal in het leven houdt met de idee dat die over de aardse leven een verantwoording zal afleggen en daarom er alles aan doen om een leven te leiden volgens de doel van de schepping, alleen Allah als de ware enige God dienen zonder enige vorm van afgoderij, allerlei vormen van afgoderij verwerpen koste wat kost),voor hen staat een beloning bij hun Rab (Allah, dit in ruil voor wat zij gedaan hebben omwille van Allah, een strijd geleverd en gestreefd om Islam staande te houden). En Zij zullen (daarom absoluut) niet vrezen (dat zij bestraft zullen worden in het hiernamaals) en ook zullen zij niet betreuren (wat zij op de aarde hebben achtergelaten, want in het hiernamaals, in de paradijs staat hen nog meer en nog mooiers te wachten, en wel voor altijd!). (In tegenstelling zal ieder die Koran, de Islam niet naleeft, de bepalingen, wetten van Rab Allah achterwege houdt, of niet serieus neemt, of sommigen die zeggen en beweren dat zij op de aarde bevoorrecht zijn en daarom alles mogen doen wat zij maar wensen, ook denken in het hiernamaals bevoorrecht zullen worden, met een ongegronde bewering “paar dagen zullen wij in de hel verblijven, daarna zullen wij de paradijs betreden” deze zullen voor altijd, onophoudelijk de verschrikkelijke helse angst beleven dat tot hun botten zal indringen en geen kant meer op kunnen, dan zullen zij zien wat het is om uit wil en lusten Allah’s woorden, wetten verdraaien betekent!)

161. Maar wat betreft ontkenners (als joden) die (de waarheid geheel of gedeeltelijk blijven verbergen en op deze wijze zonder berouw te doen) sterven door vastberaden ontkenner te zijn geweest; de vloek van Allah, van de engelen en alle mensen rust op hun. 162. Daar (in de hel) zullen zij voor altijd verblijven (in vervloeking). De straf zal niet vermindert worden en ook zal niemand om hen kijken (niemand zal hen kunnen helpen).

Koran Maide 78; De ontkenners onder de zonen van Israël zijn door David en Jezus de zoon van vervloekt Maria. Dit is omdat zij voortdurend opstand en grensoverschrijdend gedrag toonden (en de wetten van Allah, de geloofssysteem van Allah de Islam niet naleefden).

Opstandig gedragen en de straf

58. (O de zonen van Israël! (Herinner weer) Destijds bevalen Wij jullie: “Ga die plaats (Kanaän/Palestina) binnen en profiteer daar van allerlei gunsten. Ga daar (niet met arrogante, verwaandheid, maar) met gehoorzaamheid (onderdanigheid met respect) naar binnen en zeg “(O onze Rab Allah!) Ons wens is uw vergiffenisvolheid (wegens onze opstandige gedrag tegen U)” zodat Wij ook jullie fouten (zonden) zullen vergeven. Bovendien zullen Wij diegenen die goede daden verrichten (innig uit hart met volle onderdanigheid de wetten nakomen) met nog meer belonen (en het verbond staande houden).

58. “Ga die plaats binnen en profiteer daar van allerlei gunsten” is volgens sommige bronnen Kanaän, met de huidige naam Palestina of Jordanië.

59. Maar helaas, die despoten (waren weer arrogant, verwaand, ondankbaar, ongehoorzaam, belandden zij in de zonden en schonden weer hun belofte en) trokken niets van de bevelen aan en deden het omgekeerde (door in plaats van “Vergeef Ons” te zeggen zeiden zij op een bespottende wijze “geef ons rode meel”). (Want telkens wanneer het hun niet schikte, of veranderden zij de goddelijke wetten of de inhoud van die wetten leeggehaald en volgens hun wil en lusten becommentarieerd en op deze wijze achter hun ego aangelopen en dwaalden zij van de juiste pad af). (En daarom!) Wegens hun opstandig gedrag (dat oorzaak is) hebben Wij (als gevolg) een (walgelijke) straf uit de hemel laten neerdalen.

59 Nadat de zonen van Israël veertig jaar uitgeput, in een armzalige toestand in de woestijn hadden rondgelopen werden zij onder leiding van profeet Yusa deze plaats veroverd. In plaats van met onderdanigheid, gehoorzaamheid de plaats binnen te gaan en als symbool en ter ere van Allah “vergeef ons, vergeef ons zonden” te zeggen, lieten zij weer hun karakter zien en gingen zij op een andere wijze de plaats binnen en toen zij binnen kwamen zeiden zij anders dan wat zij hadden moeten zeggen.

60. Destijds toen Mozes tot Ons bad om water (behoefte te voorzien) voor zijn volk te vragen (omdat zij erg water tekort hadden) zeiden Wij tegen hem “Sla met je stok tegen die rots” waarna twaalf waterbronnen uitstraalden, waardoor elk stam zijn eigen waterbron kon bepalen. (Wij bevolen hun) “Eet en drink wat door Allah als gunsten zijn gegeven maar wees niet grensoverschrijdend en mismoedig (zaai geen onrust, chaos, onrechtvaardigheid, orde verstorend) op dit land (en wees dus dankbaar, gehoorzaam, volg de wetten nauw op dat aan jullie is opgelegd).

83. (O Joden! Herinner weer!) Destijds hadden Wij stevige belofte van de zonen van Israël gekregen dat zij (deze bevelen moesten na komen en te gehoorzamen): “buiten Allah niemand zullen aanbidden, tegen vader en moeder, familie, wezen en armen goed moesten zijn (door hen zowel fysiek als geestelijk te helpen). Tegen de mensen altijd goede dingen zeggen (altijd goed zijn voor de mensen); de salat op een juiste wijze uitvoeren; het geven van aalmoezen (aan diegenen die behoefte hebben).” Maar niet veel later, behalve op klein groep na, hadden jullie weer de belofte verbroken (dat jullie eerder hadden gegeven en meerdere malen de belofte verbroken). Jullie keren (vandaag, net als in het verleden) nog steeds de rug toe (tegen de waarheid).

84.(Herinner weer!) Weer hadden Wij stevige belofte van jullie (en van jullie voorouders) gekregen dat jullie: “Elkaars bloed niet zullen vergieten, elkaar niet in ballingschap zullen sturen, (zo is het allemaal gegaan) en jullie accepteerden dit. Bovendien getuigen jullie dit ook (dat het in jullie boek staat vermeld).

85. (Betreffende de belofte dat jullie elkaars bloed niet zouden vergieten en elkaar niet van het land zouden verdrijven, maar) Jullie zijn het weer die vandaag elkaars bloed vergieten en een groep uit eigen volk verdrijven wat absoluut verboden was, tegen deze nemen jullie op een zondigende en een vijandige manier houding aan door elkaar te steunen (met andere despoten), wanneer zij (een groep joden) wegens oorlog gevangene van jullie worden, deze alleen vrijlaten na vrij gekocht te hebben (door zogenaamd de bepalingen van Thora te volgen). (Wat is er?!) Of geloven jullie een deel van het boek wel (door losgeld te vragen om de gevangen vrij te krijgen zoals in de Thora vermeld staat) en een ander deel ontkennen (terwijl doden van eigen volk, het verdrijven uit eigen land verboden was, maar toch doen jullie dit, puur wegens aardse begeertes), is dat zo? (Besef heel goed die zulke zondigende, despotische daden verrichten) Diegenen die op deze wijze gedragen, is op deze aarde niets anders dan schande (vernedering, knechtje worden voor anderen, vervloeking) en in het hiernamaals zullen zij hevig bestraft (veroordeeld) worden (voor altijd in de hel). Allah is absoluut niet onwetend over wat jullie doen (en dit weten jullie ook, maar de aardse hebzucht en arrogantie heeft jullie gevangen genomen en de hel ook!).